Ze heeft kinderen, net als ik. Ze is een alleenstaande
moeder maar zo kijk ik eigenlijk nooit naar haar. Ze heeft een goed contact met
haar familie, leuke vrienden, een leuke baan en is op sociaal gebied erg actief
en overal wel bij betrokken. Ze is open en spontaan en er zijn altijd wel
mensen om haar heen. Soms wil ze juist zo graag even alleen zijn, dat weet ik
wel. Even tijd voor zich zelf hebben. Maar dat wekt niet de indruk van alleen
zijn, dus schrik ik van haar woorden. Een paar weken geleden was er de week van
de eenzaamheid. Ook ik heb daar bij stil gestaan. Maar nooit zou ik dan aan
haar gedacht het hebben. Zij wekt niet de indruk eenzaam te zijn. Maar ze is
het dus wel, eenzaam in haar hoofd.
“Herken je dat” vraagt ze en ik schrik op uit mijn
gedachten. “Herken je dat, dat er altijd iemand om je heen is maar dat je je zo
alleen voelt”. Ja herkennen doe ik het wel een beetje en dus knik ik wazig van
ja. “Waar denk je aan” vraagt ze me dan als ze me zo nadenkend ziet kijken. En
ik biecht op dat ik het nog niet helemaal begrijp. Het niet bij haar kan
plaatsen.
“Soms voel ik me zo schuldig” legt ze uit. “Altijd vraag ik me maar af of ik het goed
doe. Ik doe mijn stinkende best, daar niet van, maar is dat goed. Is dat goed
genoeg? Alle beslissingen moet ik alleen nemen. En de beslissingen die ik dan
neem, zijn die goed? Ik kan wel tegen mensen aanpraten maar daar blijft het dan
ook bij. Ik praat, praat en praat en hoor mezelf maar doorpraten en neem dan
een beslissing. Want de beslissingen liggen allemaal bij mij. De beslissingen
voor mij, voor mijn kinderen. Het is alleen ik en niemand om tegenaan te
leunen. Niemand met wie ik de verantwoordelijkheid kan delen. Ik moet alles
alleen beslissen, alles doen, alles regelen en overal op letten en altijd vergeet
ik wel iets. Nooit is het goed. Soms ben ik zo moe. Zo intens verschrikkelijk
moe”.
Ze is een sterke vrouw. Maar misschien is dat het wel.
Misschien maakt dat je wel heel eenzaam. Misschien denken mensen dan wel dat je
ze niet nodig hebt. Dat je het allemaal wel alleen kunt. Ik zie de tranen over
haar wangen lopen. “Waarom zijn sterke vrouwen zo vaak alleen?” vroeg iemand
mij laatst. Ik weet het niet maar ik zie inderdaad veel sterke vrouwen om me
heen die alleen zijn. Niet allemaal gelukkig. Sommige hebben het geluk wel
gevonden en kunnen de zorgen en de leuke dingen delen. Misschien moet ik daar
maar eens mee gaan praten. Misschien moet ik die eens interviewen voor een
blog. Misschien kunnen zij er cursussen in geven. Sommige zijn niet alleen maar
lijken nog eenzamer dan degene die wel alleen zijn. Die zijn eenzaam in een
relatie. Ik weet niet wat erger is.
Dan kijk ik weer naar haar. ”Is het de maatschappij van
nu” vraag ze “of is het altijd al zo
geweest?” We moeten zoveel. Er liggen zoveel beslissingen op mijn bordje, ik
overzie ze gewoon soms niet meer”. “Hoe gaat het met de kinderen?” vraag ik,
maar tegelijk zie ik dat dat geen goede opmerking was. Ik raak een te teer punt.
Nu stromen de tranen pas echt over haar wangen. “Ik weet het niet” snikt ze
tussen het snotteren door. “Ook daarin voel ik me alleen. Alles wat ik ze graag
wilde geven, lijkt me niet te lukken.” “En hun vader? “ vraag ik voorzichtig. “Ook
die lijkt te druk mijn zijn eigen leven” zegt ze zacht. “Volgens mij heeft hij
geen flauw idee wat er speelt bij de kinderen en ik krijg het hem niet verteld.
Dat bedoel ik dus, ik voel me zo verrekte alleen”. Ik zou haar zo graag helpen.
Maar ook ik kan alleen maar luisteren. Ook tegen mij kan ze alleen maar
aanpraten.
Ik neem me voor om de komende weken nog eens beter om me
heen te kijken. Maar zou ik het dan wel zien. Kun je het zien vraag ik me af.
De mensen die alleen zijn. Of bouwen ze een muur om zich heen. Willen ze
anderen niet tot lat zijn. Ik denk aan hem. Hij sluit anderen ook buiten.
Bewust maar vaker nog onbewust. Dan kun je nog zoveel willen maar helpen kun je
niet meer. Dan kijk je machteloos toe. Dan kijk ik weer naar haar. Doet zij dat
ook? Ik weet het niet. Ik weet het werkelijk niet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten