zaterdag 7 juni 2014

Levenslessen

‘Misschien is dat wat je te leren hebt in dit leven’ zegt ze tegen mij. Ik vind het nogal ingewikkeld. We hebben allemaal wel iets te leren en als je het geleerd hebt, houdt het dan op of komt dan gewoon de volgende les om de hoek zetten? En wat moeten we dan leren? Alleen al om dat uit te vinden, lijk je een leven lang nodig te hebben. Of doen anderen dit wel veel sneller en kunnen ze dan gewoon rustig en gelukkig leven?

‘Je kiest je ouders zelf uit’ is ook zoiets.  ‘Maar waarom heb ik dan mijn ouders uitgekozen?’ vraag ik mezelf af. En waarom hebben mijn broers dezelfde ouders gekozen? Waarom hebben mijn kinderen mij gekozen en waarom worden anderen niet ‘uitgekozen’? En kies je als kind dan om zelf iets te leren of om je ouder iets te leren? En wat betekent dat dan? De vragen schieten door mijn hoofd. Mijn kinderen zijn gelukkig gezond en meestal erg gemakkelijk in de omgang, is mijn gekleurde mening. Maar betekent dat dan dat ik een ‘goede’ moeder ben of juist niet. Hebben zij mij gekozen omdat ik niet meer aankan of zijn zij zo geworden mede door mijn inbreng. Wat willen zij leren of wat moeten zij mij te leren?

Wat voor levenslessen hebben degene te leren die niet verblijdt worden met kinderen? Het lijkt zo oneerlijk. Of zijn zo zo volmaakt dat ze op dat gebied niets te leren hebben. En waarom wordt de een dan later alsnog vader of moeder en is het voor de ander niet weggelegd. Of hadden zij gewoon de juiste partner nog niet ontdekt? Nog zo’n levensles; partners. Waarom vindt de een zijn levenspartner al op zijn 16e en zoekt de ander op zijn 60e nog steeds? Wat zijn de lessen hierin? Een paar keer dacht ik mijn bestemming gevonden te hebben. Waar was het dat ik stil stond en hij doorliep of andersom. Waar was het dat ik niet merkte dat ik op de kruising een andere kant opliep? En was dat nodig en waarvoor dan?

‘Je moet vooral van jezelf houden’ zei een man een tijdje geleden tegen mij. Ik denk dat ik dat doe. Hoewel ik van mijn moeder geleerd heb dat anderen altijd belangrijker zijn. En soms als ik dan voor mezelf kies, knaagt er iets van een schuldgevoel aan mij. Waar ligt de grens tussen ‘van jezelf houden’ en ‘egoïstisch zijn’. Wat is er mis met dingen voor jezelf op zij zetten omdat je iets doet waar een ander gelukkig van wordt. Wanneer is geven en nemen in evenwicht? Waarschijnlijk is het allemaal een gevoelskwestie en dan kom ik dus terecht op mijn sterkste en tevens zwakste kant.


Mijn gevoel leidt mij feilloos door het leven. En ik ‘weet’ ook eigenlijk altijd weer hoe het af gaat lopen. Maar durf ik te vertrouwen? Durf ik los te laten omdat ik ‘weet’ waar het naar toe zal gaan… Als de tomtom het laat afweten en ik geef me over dan rijdt ik zo naar de bestemming. Stop vaak voor de deur om te kijken waar ik moet zijn. Moet ik dat gewoon nog vaker toepassen in mijn leven? Niet denken maar gewoon laten drijven… Hoe vaak heb ik de afgelopen tijd gezegd wat de uitkomst zou zijn in bepaalde kwesties. En ook al leek het zo’n andere kant op te gaan, ineens klopt het toch.

Het punt is dat ik zo graag wil weten waar het heen gaat. Zodat ik kan volhouden als de omgeving mij vertelt dat het anders is dan ik denk. Ik wil zo graag weten wat mijn lessen zijn zodat ik ze ‘even’ kan doorlopen en verder kan gaan. Het liefst met een soort van klein examen zodat ik weet of ik geslaagd ben. Ik weet heus echt dat je op de moeilijk begaanbare paden vol kiezels en oneffenheden de mooiste dingen tegen komt. Maar even lopen een zacht en effen pad lijkt me zo fijn. Op internet zie ik dat ik niet alleen worstel. Het AD heeft zelfs een pagina  vol wijze levenslessen en de spreuken en sites vliegen je om je oren. Maar nergens vindt ik het handboek.

Waarom geven ze je niet gewoon een documentje mee bij je geboorte. ‘De levenslessen voor jou in dit leven zijn:’ Of een ‘handboek’, graag te downloaden op de e-reader. En mag ik dan direct door scrollen? 

zondag 1 juni 2014

Gestorven van verdriet

Het lijkt alsof de grond onder mijn voeten wegzakt. Ik voel me moe. Moe en leeg van verdriet. De stemmen lijken weg te zakken of was het al stil? Ik weet het niet. Langzaam zak ik in elkaar. Iemand houdt mij vast en legt mij neer. Ik kan niet meer, ik ben zo moe. Op van verdriet. Moe gestreden. Alles is mij afgenomen en nu ga ik dood. Ik voel dat ik dood ga.

Ik weet niet precies waar ik ben maar naast mij, half achter mij, staat een man. Mijn liefde. Mijn grote liefde. Hij kijkt naar mij en ik voel ook zijn verdriet. Ik kan hem niet zien maar ik weet dat hij bij mij hoort. ‘Niet weggaan’ fluister ik, bang dat hij verdwijnt. Weer zal verdwijnen. Maar ik kan hem niet tegen houden. Hij wil niet weg maar hij wordt meegenomen. Bruut weggerukt bij mij door twee mannen in uniform. Mijn hand rijkt naar hem. Ik wil hem vasthouden, aanraken, terughalen, maar hij strompelt tegen zijn zin in weg. Meegesleurd door de mannen. Ik zie hem achterom kijken. ‘Nee!’ schreeuwt het in mij. Mijn lippen bewegen maar er komt amper geluid uit mijn mond. Naast mij staan mensen maar ik weet niet wie ze zijn. De vrouw naast mij houdt mijn hand vast, dat voel ik,  maar ze hoort niet hier in het nu. Alle tijden lopen door elkaar. Ik wil wel denken maar het gaat niet.

Het is oorlog. Maar waar hebben ze mij naar toe gebracht? Waar zijn mijn kinderen. Ik heb twee kinderen maar ze zijn hier niet. Of zijn ze er wel maar mag ik ze niet zien. Net als de man, mijn man. Mijn grote liefde, mijn alles. Alles en iedereen hebben ze van mij afgenomen. Ik ben sterk maar het verdriet verlamt mij en maakt mij klein en kwetsbaar. Ik voel me ziek, ziek van verdriet. Het doet zo immens pijn.

Dan zak ik langzaam weg. Alles wordt donker en stil en even blijft het zo. Donker en stil. Dan lijkt de zon te gaan schijnen. Het is nog steeds stil en leeg. Ik kan me niet bewegen en voel niets meer. Langzaam doe ik mijn ogen open. Moe ben ik, zo ontzettend moe. Dan vervaagt langzaam het beeld maar het gevoel blijft. Puzzelstukjes lijken op hun plaats te vallen terwijl tegelijk de puzzel helemaal door elkaar geschud wordt. Alles en tegelijk niets lijkt er nog logisch te zijn.

Als in een trance ga ik rechtop zitten. Pas later zal ik het begrijpen…