Acht jaar werd ik die dag. Het was feest maar toch ook
weer niet. Feest als je vader in het ziekenhuis ligt is dubbel als je klein
bent. Want je bent verdrietig maar toch ook weer blij en dat is verwarrend. Te verwarrend.
Hij straalde maar hij moest ook huilen. En dus moest ik ook huilen. Dat mocht
nooit van mijn moeder. Waarschijnlijk omdat ze het zelf te moeilijk vond. Bij
ons thuis was het omgedraaid. Tenminste wat ik me kan herinneren. Mijn moeder
was de harde vrouw, niet zeuren maar doorgaan. Bij mijn vader zaten de tranen
direct hoog. Blijkbaar lijk ik meer op hem dan ik zou willen.
Glimmend met een
lach op zijn gezicht lag hij daar in bed. Vol spanning wat ik er van zou
vinden. Ook de andere mannen die met hem
de kamer deelden waren in rep en roer geweest. De hele afdeling wist dat ik die
dag jarig was. En dat alles zonder dat mijn moeder iets had meegekregen. In de
hoek naast zijn bed stond een groot cadeau op een stoel. Een vierkant groot cadeau,
mooi ingepakt in papier van de speelgoedwinkel. Dat had een verpleegster voor
hem geregeld, gekocht in haar pauze. Op het cadeau stond een kroon. Die hadden
de mannen geknutseld. De vrouw van de man die gisteren nog in het bed links in
de hoek lag, had gezorgd voor taart. De man mocht die dag naar huis maar was in
de avond samen met zijn vrouw (en de taart) weer terug gekomen. Ik weet niet
voor wie de dag belangrijker was, voor mij of voor mijn vader.
In de grote doos met het cadeaupapier zat een wereldbol.
Ik herinner me de bol nog goed. Hij was vooral blauw, helder licht blauw. Dat
was de zee. Binnenin zat een lichtje waardoor de hele bol oplichtte en je ook
in de avond naar de landen kon kijken. Dan kreeg de bol een gele gloed, de
gloed van de gloeilamp die er in zat. Jaren heeft de wereldbol op mijn bureau
gestaan. Hoe en waarom die verdwenen is, weet ik niet meer. Nu is er geen
wereldbol in huis maar nog steeds kijk ik in winkels naar wereldbollen. Vooral
de bruinige ‘oude’ wereldbollen vind ik prachtig. De symboliek van de hele
wereld kunnen omarmen, de landen en de
zee. En de hang naar nostalgie. Ze hebben een magische aantrekkingskracht op
mij. Toch heb ik er nooit meer een gekocht. Zelf kopen kan bij sommige dingen
niet. Dan vergaat de pracht ervan.
Precies zo is het met slingers. Nog steeds voel ik me
alleen jarig als er slingers hangen. Maar zelf ophangen voor je verjaardag kan
niet. Dan klopt het niet meer. Slingers is jarig zijn. In de ochtend naar
beneden komen en dat de kamer versierd is. De rest is niet belangrijk. De
slingers wel. De slingers betekenen feest. De kleuren maken dat er vrolijkheid
is. Ze maken de kamer fleurig en tegelijk rommelig. Druk ook. Alsof de visite
al in huis is. Dat alles hoort bij feest. Als ik na een paar dagen de slingers
opruim, komt direct ook de rust weer terug. Lijkt de hele kamer direct
opgeruimd en gaan we terug naar normaal. Is het feest geweest maar blijft de
herinnering hangen. Net zoals de slingers aan zijn bed. Voor altijd verbonden
aan de dag dat ik 8 jaar werd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten