“Zou het ook zo zijn met mannen? schiet het door mijn
hoofd. En dan niet dat ik de man van mijn dromen niet zou kunnen betalen”, want
daar mag hij natuurlijk gewoon lekker zelf voor zorgen. Zo geëmancipeerd ben ik
namelijk ook weer niet. Ik ben eigenlijk weinig geëmancipeerd. Ik hou van
mannen die de deur open houden, mijn stoel aanschuiven in een restaurant en gewoon
de vuilnisbak buiten zet op vrijdag, of welke andere dag de moderne gemeente
dan ook bedacht heeft. Dan strijk ik met liefde zijn overhemden en haal ik de
stofdoek over de kasten en dweil ik de vloer.
Nee ik bedoel meer dat het huis van mijn dromen zo hoog
gegrepen is dat het wel altijd het huis van mijn dromen zal blijven. Het is
niet realistisch. Alleen al gezien dat het huis in mijn dromen aan zee staat,
niet achter de duinen maar echt aan Zee. Mijn droom is een groot houten
familiehuis met een strand als voortuin waar het in de zomer net zo rustig is
als in de winter. Want het is tenslotte mijn voortuin. En in iemands voortuin ga
je niet met je gezin gezellig liggen zonnen compleet met strandlakens, gevulde
koelbox en windscherm. Om nog maar niet te praten over de luidruchtig
schreeuwende kinderen waarvan vader probeert leuke foto’s te maken terwijl
moeder verwoede pogingen doet eindelijk haar boek eens uit te lezen. Zelfs ik
kan beseffen dat zo’n huis niet realistisch is.
En daar zit nu dus mijn verwarring. Is het met mannen dan
net zo. Is mijn droom man zo onrealistisch. Zijn mijn wensen zo hoog gegrepen
dat geen man hier enigszins aan zal kunnen voldoen. “Wat wil ik dan eigenlijk” vraag
ik me af. Ik denk aan hem die een naar beeld had door vrouwen op datingsite.
Hij vertelde dat hij alleen vrouwen tegen kwam met zulke lange lijsten met
eisen , dat het niet gek is dat ze geen relatie hebben. Lang, slank, goede baan
(lees vooral een goed salaris aan het einde van de maand), voldoende hobby’s
maar niet te veel natuurlijk, leuke vrienden die dan weer niet zijn tijd
opslokken, gemanierd, zorgzaam en lief voor de kinderen. Goed gekleed, haren in
een soepel warrig kapsel waarbij het lijkt alsof hij net zijn bed uitkomt maar
waar hij in werkelijkheid een half uur en een derde pot gel aan besteedt heeft.
Altijd vrolijk, oog voor detail, die uit zichzelf mee helpt in het huishouden, haar
gevoel begrijpt en een luisterend oor biedt. Die de volgende dag nog steeds weet
wat ze gezegd heeft. En dat alles dan in combinatie met een stoere mannelijkheid.
Het grote houten huis aan zee zeg maar
en dan ook nog in Nederland.
“Heb ik dat ook?” vraag ik me af. “Heb ik ook van die
achterlijke wensen.” Ik ben geneigd om nee te zeggen. Maar wat wil ik dan, wat
moet een man hebben wil ik hem opmerken? Wat moet er zijn wil ik kriebels en vlinders in
mijn buik voelen. “Een klik” denk ik. Maar wat is dat dan die klik. Ogen, ik
val op ogen. Niet op de kleur, die weet ik vaak later niet eens. Op een
twinkeling die ik niet eens kan beschrijven maar het zit in de ogen.
Als ik de volgende dag vol passie mijn vriendin over hem
vertel, weet ik dat of mijn wensenlijstje realistisch is of dat ik zo pas de
mannenloterij gewonnen heb. Want hij is lief, attent, lang en slank met een
mooie lach en twinkelende ogen. Hij kan heerlijk koken en is tegelijk praktisch
ingesteld. Steekt kaarsjes en wierook aan en houdt van spelletjes zelf met mijn
puberende kinderen. Dwingend verteld hij me de afwas te laten staan om van ons
laatste kwartiertje samen te genieten. Als ik weer thuis kom, heeft hij de
afwas gewoon even zelf gedaan. Het lijkt niet realistisch en hij lijkt
verbazingwekkend veel op mijn droom man.
Mijn vriendin kijkt me even verbaasd en vooral vragend
aan. Dan sms’t hij of ik haar wel wil vertellen dat hij zweetvoeten heeft. Als
ik het haar vertel biecht ik haar ook meteen maar op dat hij snurkt. En dan
weet ik het zeker. Ik heb een lot uit de loterij. De mannenloterij. Ik heb zo
pas een aantrekkelijke prijs in de mannenloterij gewonnen. En gelukkig niet de onrealistische
”alleen in je dromen jackpot”.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten