Als we spelletjes spelen met een dobbelsteen, gooi ik
bijna steevast dat wat ik graag zou willen gooien. En blijken andere zelfs ook
nog eens te gooien wat op dat moment wenselijk is voor mij. “Geluk in het spel”
noemde ik het altijd. En dat kan wel kloppen want zo gelukkig in de liefde was
ik de laatste jaren niet. De kinderen denken daar alleen heel anders over en
kiezen liever een spel zonder de “dubieuze dobbelsteen factor”.
Ook over de gezellige bezem bij de voordeur werden
grappen gemaakt. En als ik na deze verhalen de wierook aan doe, bekijkt men mij
ineens met andere ogen. Tijdens ons bezoek aan het Dungeon in Amsterdam moest
ik uiteraard naar voren komen. Ik bleek schuldig te zijn aan hekserij. Langzaam
raak ik er aan gewend, de grappen en de grollen. Speel ik steevast elk jaar een
van de heksen bij het nachtspel van de vereniging en laat ik de gebruikelijke
opmerkingen als “goh moet jij je niet verkleden” en “heb je je zondags jurk
aangedaan” maar gelaten over mij heen komen. Ik raak er zo aan gewend dat toen
ik laatst ergens mijn gewicht in moest vullen, wat ik gewoontegetrouw altijd
probeer te omzeilen, ik maar gewoon 0 kg invulde.
Gelukkig woon ik in Nederland. Hier kan dat. In
Papoea-Nieuw-Guinea werd eerder deze week een 20 jarige vrouw beschuldigd van
hekserij en levend verbrand. Gewoon op klaarlichte dag en zelfs voor de ogen
van honderden toeschouwers. Ik knipper met mijn ogen en laat de zin even in
werken. Dat was toch in de jaren…. Een
vrouw van 20 jaar met een kind. Beschuldigd van hekserij door familieleden van
een overleden jongetje van 6 jaar. Veroordeeld door de premier. De rillingen
lopen over mijn rug als ik lees dat de vrouw gemarteld is met een ijzeren
staaf, vastgebonden, overgoten met benzine en vervolgens in brand gestoken op
een stapel autobanden en afval. De politie heeft niemand aangehouden en wie het
gedaan hebben is onbekend. Tenminste dat meldt het nieuws. Voor de ogen van
honderden toeschouwers maar ze weten niet wie het gedaan heeft.
Natuurlijk weet ik niet wat er aan vooraf gegaan was. In
vroeger jaren werd op verschillende manieren getest of iemand een heks was voor
men tot vervolging overging. Misschien hebben ze haar ook wel getest op de
middeleeuwse manieren. Een heks zou bijvoorbeeld buitengewoon licht zijn en
daardoor op water kunnen blijven drijven. Een vrouw die verdacht werd van
hekserij werd in het water geworpen. Bleef zij drijven dan was bewezen dat zij
een heks was en belandde op de brandstapel. Maar bleef ze niet drijven, dan was
daarmee haar onschuld bewezen. Helaas was meestal de vrouw dan al verdronken. Heel
even denk ik aan alle keren dat ik in het zwembad lag, gewoon heerlijk drijvend
op mijn rug.
Bij een andere test werden pinnen in de verdachte
gestoken. De verdachte moest dan de plekken aanwijzen. Mensen met veel eelt
voelden de pin niet goed en hadden pech. Een andere test was de weegschaal of
de zogenaamde heksenwaag zoals in Oudewater. Een heks zou minder wegen dan haar lengte
boven een meter in kilo’s. En altijd moest de verdachte zich onder toezicht
uitkleden om zo te bewijzen dat er zij geen gewichten in haar kleding verborgen
had. Ik haal opgelucht adem. Eindelijk ben ik blij met mijn gewicht. Zelfs met
de kilo’s te veel. Want al vul ik dan grappend 0 kg in, de weegschaal thuis
geeft duidelijk meer aan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten